Interview - Daniëlle Frenken

Daniëlle Frenken (Goes, 1990) groeide op in een klein dorpje in Zeeland. Na het behalen van haar middelbare schooldiploma vertrok zij naar Utrecht. Hier volgde zij verschillende opleidingen. Eerst de Bachelor of Fine Art and Design in Education aan de Hogeschool voor de Kunsten, daarna de (pre-)master Arts Policy and Management aan de Universiteit. Dat de kunstenares veelzijdig is, blijkt ook uit haar werk. Zij vangt de schoonheid van vogels en andere dieren onder meer op papier en sculpturen met was of taxidermie. Daniëlle woont en werkt nog steeds in Utrecht.

Bekijk haar portfolio op www.daniellefrenken.com

Interview door Patricia Pisters

“Dieren symboliseren voor mij een soort vrijheid die de mens niet heeft”

Wat had je voor toekomst voor ogen voordat je aan jouw opleidingen begon?

Ik weet niet of ik er lang bij stil heb gestaan wat voor vervolgopleiding ik zou kiezen. Op de middelbare school vond ik scheikunde, wiskunde, biologie en beeldende vorming leuk. Ik was altijd aan het tekenen en heb jarenlang teken- en schilderlessen gevolgd bij een kunstenares in Goes. Ik denk dat het een logische stap was om naar de kunstacademie te gaan. Ik bezocht twee open dagen en schreef me in voor meerdere toelatingsexamens van de HKU. Ik koos bewust niet voor een autonome richting. Het leek me zinvoller om een studie te volgen waarbij ik meer kans had om geld te verdienen.

___

Hoe verliep je examen. Was het meteen een schot in de roos?

Op de betreffende dag kwam ik te laat door een file. Daarbij was ik nog nooit op de HKU geweest. Eenmaal aangekomen, moest ik tekeningen en schilderijen maken, die verscheuren en er iets nieuws van maken. Ik herinner me nog dat ik mijn portfoliomap vol manga- en drakentekeningen liet zien. Achteraf snap ik niet hoe ik daarmee ben aangenomen. Aan het einde van de dag kreeg ik te horen of ik was toegelaten. En dat was ik.

___

Inmiddels ben je goed op weg als kunstenares. Je werkt in veel verschillende media en technieken: fotocollages, tekeningen, sculpturen, aquarellen. Maar er zijn twee rode draden in jouw werk: dieren en een duistere, sprookjesachtige sfeer. Waar komt jouw fascinatie voor dieren vandaan?

Als ik naar mijn oude kindertekeningen kijk, zie ik bijna alleen maar dieren. Ik vind dieren fascinerend vanwege hun vele verschillende verschijningsvormen. Dieren hebben een bepaalde elegantie die ik niet in mensen zie. Ik vind het fascinerend hoe dieren zo ontwikkeld zijn dat ze precies op hun leefgebied zijn aangepast. De lengte van de snavel van een kolibrie is bijvoorbeeld aangepast op de bloemen waarvan hij leeft.

___

Ik heb met veel interesse jouw afstudeerscriptie voor de Bachelor-opleiding gelezen, over dieren in de Middeleeuwse en hedendaagse beeldende kunst. Staan jouw dieren ook symbool voor het één of het ander?

Misschien is het heel cliché, maar dieren symboliseren voor mij een soort vrijheid die de mens niet heeft. Mensen zijn gebonden aan de regels van de samenleving, dieren niet. Voor mij symboliseren vogels die vrijheid het meest, omdat zij de gave hebben om zich door het luchtruim te verplaatsen. Soms kom ik dieren tegen die symbool staan voor iets en dan gebruik ik dat als uitgangspunt voor mijn werk. Wat ik ook interessant vind om te gebruiken vanwege zijn symboliek, is goud. In de Christelijke kunst werden gouden achtergronden gebruikt om het goddelijke en mystieke te verbeelden, terwijl goud tegenwoordig vaak wordt beschouwd als ‘kitsch’. Die tegenstrijdigheid vind ik heel boeiend.

___

En de sfeer? Het vele gebruik van de kleur zwart en de uitstraling alsof de dieren in olie of kaarsvet zijn gedrenkt?

Ik houd van dieren, curiositeiten, gekke snuisterijen uit de kringloopwinkel en kunst met een duister randje of een mysterieuze sfeer. Dat komt allemaal terug in mijn eigen werk. In die zin denk ik dat er in een kunstwerk altijd een deel van de ziel wordt weerspiegeld. Mijn eigen smaakvoorkeuren komen heel duidelijk terug in mijn werk. Ik streef ernaar om een dromerigheid in mijn werk te creëren en ik vind dat kleurgebruik daar heel essentieel in is. Mensen leggen vaak de verbinding met olie, maar het is niet mijn uitgangspunt om direct de associatie met olierampen op te roepen. Ik vind het belangrijk dat mensen hun eigen interpretatie op mijn werk kunnen los laten. Dat ze zich even in mijn wereld kunnen wanen. Door naar een mysterieuze sfeer toe te werken, worden die associatiemogelijkheden veel groter dan wanneer iemand een heel duidelijk statement heeft.

___

Tegenwoordig werk je ook als taxidermist. Hoe is dat gekomen?

Door mijn fascinatie voor de natuur ben ik langzaam begonnen met het verzamelen van curiositei-ten en opgezette vogels. Ik wil graag een stap verder gaan met mijn sculpturen en daar ook opgezette vogels in verwerken. Ik wilde deze techniek zelf leren beheersen, omdat ik dan de vrijheid heb om te maken wat ik wil. Ik hou er niet van om mezelf continu te herhalen en leer graag nieuwe technieken. In 2014 heb ik een cursus van één dag gevolgd en samen gewerkt met andere preparateurs. Het belangrijkste voordeel van het zelf beheersen van deze techniek, is dat ik zelf de houding kan bepalen. Houdingen zijn essentieel in mijn werk, omdat daar een bepaalde elegantie in terug moet komen.

___

Hoe ontstaan jouw kunstwerken? Heb je bijvoorbeeld eerst een beeld in je hoofd van wat je gaat maken of ga je intuïtief te werk? Kun je hier wat over vertellen?

Dat verschilt per kunstwerk. Mijn collages en sculpturen ontstaan met name door het puzzelen met materialen en beelden. Ik verzamel plastic dieren, curiositeiten, oude natuurboeken en beeldjes bij kringloopwinkels en op rommelmarkten. De voorwerpen die ik tegenkom vormen meestal het uitgangspunt. Ik ga zelden op zoek naar voorwerpen. Als ik bijvoorbeeld bedenk dat ik een sculptuur wil maken met alleen plastic vogeltjes, moet ik daar stad, land en internet naar afspeuren. Dat kost veel tijd én geld. Ik werk liever andersom: met wat ik voor handen krijg. Met mijn teken- en schilderwerk is dat anders. Hiervoor ga ik op zoek naar foto’s van dieren in bepaalde houdingen. De sculpturen waarin de opgezette vogels zijn verwerkt, zullen ontstaan vanuit de houding en kleuren van de vogel. Deze bepalen namelijk of ik de vogel geschikt vind voor mijn werk.

___

Behalve als kunstenaar en beeldredacteur, ben je ook actief als onderzoeker. Onlangs heb je voor We Like Art een onderzoek verricht naar de invloed van globalisering op het netwerk van Nederlandse hedendaagse kunstgaleries. Hieruit is onder meer gebleken dat de kunstmarkt de afgelopen jaren aanzienlijk groter is geworden en dat er steeds meer online gebeurt. Hoe sta jij hier tegenover?

Ik heb mijn scriptie geschreven over de internationalisering, globalisering en het netwerk van Nederlandse hedendaagse galeries. Het onderzoek voor We Like Art over de (internationale) digitale kunstmarkt sloot daarop aan. Ik vind het goed dat er veel online gebeurt. Het internet kan drempelverlagend werken en meer jonge kopers overhalen om kunst te kopen. Ook biedt het de mogelijkheid om zelf informatie over een kunstenaar of kunstwerk op te zoeken. Op goede kunstkoopplatforms kunnen bezoekers een groot aanbod zien. Ik denk dat dit het kopen van kunst tastbaarder maakt voor mensen die niet zomaar een galerie binnenstappen of beurzen bezoeken. Dit wordt immers door veel mensen nog als elitair ervaren.

___

Momenteel ben je nog niet bij een galerie aangesloten. Wat doe je zelf om jouw werk onder de aandacht te brengen?

Mijn droom is om internationaal te kunnen exposeren. Ik vind het belangrijk dat mijn werk te zien is en niet bij mij thuis in de kast staat. Zelf houd ik mijn Instagram actief bij. Netwerken op fysieke locaties zoals openingen is ook erg belangrijk, maar ik merk dat ik veel liever kunst maak dan exposities afloop. Ik vind het lastig om daar een balans in te vinden.

___